2e spoortrajecten

Indien gewenst zijn er mogelijkheden om werknemers te begeleiden naar passend werk buiten de organisatie waar de werknemer nu werkzaam is. In het kader van de Wet Verbetering Poortwachter is het eis welke aan de werkgever en werknemer gesteld wordt.

Nadat de andere mogelijkheden zijn onderzocht en daarvoor geen mogelijkheden zijn, is het inzetten van een tweede spoortraject noodzakelijk geworden. Aan de hand van een inzetbaarheidsprofiel en eventuele aanvullende gesprekken om naar de competenties te gaan kijken, wordt een passende werkplek omschreven en gezocht.

Hoe ziet onze aanpak er in een kort overzicht uit?

1. Intake, gesprek met de werkgever, doornemen van de acties welke tot nu toe zijn genomen in het kader van de wet poortwachter. Advies over eventuele aanpassingen en traject voor de toekomst.
2. Intake met de werknemer, doornemen welke vragen er zijn en uitleg geven over de wet poortwachter, rechten en plichten. Indien gewenst inzicht in de eventuele financiële gevolgen. In elk geval doornemen wat het vervolg is van het 2^e spoortraject en wat het betekent voor het traject wet verbetering poortwachter.
3. Inzicht verkrijgen in de (on)mogelijkheden van andere werkzaamheden aan de hand van de rapportages van de bedrijfsarts en functionele mogelijkheden lijst. Een eerste stap maken naar interesses en competenties welke een overstap naar een andere functie bij een andere werkgever mogelijk maken. Ook hier geld inzicht in de financiële gevolgen indien gewenst.
4. Competenties en vaardigheden omzetten naar een passende c.v. en sollicitatie methode.
5. Start reageren op vacatures.
6. Minimaal een maandelijkse rapportage aan de werkgever.
7. Gezamenlijk een tijdspad opstellen als uitgangspunt voor het traject, besproken met werkgever, werknemer en re-integratieadviseur/ begeleider. ( komt bij 1. en 2. aan de orde).